Dolfijnen in de Noordzee
Springende tuimelaars

Dolfijnen in de Noordzee

Gestroomlijnd, intelligent en sociaal

Met hun gestroomlijnde lichamen kunnen ze hoge snelheden bereiken. Hun lichamen hebben een grote variatie in kleuren en lijnenspel, wat een sleutelrol speelt in het identificeren van dolfijnensoorten. Het zijn sociale dieren, die vaak in grote groepen voorkomen.

Tuimelaars

In de Nederlandse wateren van de Noordzee zijn tuimelaars zeldzaam, maar in de Schotse Noordzee worden ze regelmatig gezien. Voor de Schotse kust ter hoogte van Inverness leeft de meest noordelijke groep tuimelaars ter wereld die bestaat uit zo’n honderd dieren. Het is een kleine geïsoleerde groep.

Springende dolfijnen (tuimelaars)

Tuimelaars zijn tussen de één meter negentig en een kleine vier meter groot. Het zijn erg actieve en nieuwsgierige dieren. Ze kunnen hoge snelheden bereiken en zijn verbazingwekkend acrobatisch. Ze rijden regelmatig in de boeggolf van schepen. Meestal worden ze gezien in groepen van vijf tot vijftig dieren. Soms sluiten ze zich aan bij een groep andere dolfijnen, ook wel eens van een andere soort, om een grotere pod te vormen. De aantallen kunnen oplopen tot enkele honderd dolfijnen.

In de Schotse Morray Firth (bij Inverness) jagen de tuimelaars op zalm. Vooral in de periode april tot en met september is het mogelijk om hier tuimelaars te zien. Voor de dolfijnen is hier genoeg voedsel te vinden als de zalmen in het voorjaar en de zomer naar de hoger gelegen paaigronden trekken.

Een ontmoeting met een dolfijn is een fantastische ervaring. Zeker als ze los gaan en hun acrobatische trucjes laten zien. Wij hadden al eens een springende dolfijn achter onze kajak!

Witsnuitdolfijnen

De witsnuitdolfijn is de meest voorkomende dolfijn in de (zuidelijke) Noordzee. De witsnuitdolfijn is een krachtige en sterke zwemmer. Deze dolfijnensoort kan heel actief zijn, met hoge verticale sprongen (breaching) en tail-slapping. Horizontale sprongen, zoals de tuimelaars dat doen, worden zelden gezien bij witsnuitdolfijnen.

Ze zijn twee tot drie meter groot en kunnen solitair worden waargenomen of in groepen tot twintig dieren.  Ze worden zelden alleen waargenomen. Meestal zwemmen ze in smalle pods, tot maximaal twintig dieren. Ze hebben een voorkeur voor water met een diepte van 50 tot 100 meter. Meestal blijven ze op afstand van de kust. Een witsnuitdolfijn kan een leeftijd van 25 jaar bereiken.

Zoals de meeste dolfijnen, is de witsnuitdolfijn speels. Ze rijden graag op de boeggolf van schepen en boten en zwemmen soms zelfs achter grote walvissen. Ze zwemmen met een snelheid van zo’n twaalf kilometer per uur, maar op korte afstanden halen ze een snelheid van wel dertig kilometer. Ze hebben een voorkeur voor snelle boten.

Witsnuitdolfijnen jagen vaak samen. Hun voedsel bestaat uit een grote variëteit aan vis: makreel, haring, zandalen en platvis. Soms worden ook inktvissen gegeten. Ze jagen aan de wateroppervlakte.

Witsnuitdolfijnen hebben een lijnenspel van lichtere kleuren grijs op hun lichaam. De buik is wit. Als je de snuit kan waarnemen, dan zijn ze makkelijk te herkennen. Zoals de naam al vermoedt is hun snuit wit of lichtgrijs.

Andere dolfijnen

In de (Noordelijke) Noordzee worden ook wel andere dolfijnsoortenTuimelaars in de Schotse Noordzee waargenomen: Risso dolfijnen, gewone dolfijnen en witflankdolfijnen.

Risso dolfijnen zijn bij de geboorte grijs, maar daarna verandert hun kleur in bruin of zwart. Ze zijn rond de 3,8 meter lang en wegen zo’n 400 kilo. Tijdens het zwemmen kunnen ze snelheden bereiken van dertig kilometer per uur. Risso dolfijnen worden ook wel grijze dolfijn of gramper genoemd. Ze hebben opvallend veel littekens op hun lichaam, waarschijnlijk afkomstig van onderlinge gevechten en spelletjes.

Risso Dolfijnen in de Noordzee
Risso dolfijnen

Gewone dolfijnen jagen vaak in grote groepen. Daarbij kunnen ze snelheden van wel 45 kilometer per uur bereiken. Ze houden van water met een minimale diepte van 200 meter en zijn dus vooral te vinden op open zee. Ze hebben een zwarte of donkerbruine rug en een lichtere buik. Hun lengte ligt rond de twee meter en ze wegen tussen de zeventig en honderdtien kilo.

Witflankdolfijnen blijven niet lang op één plek. Ze eten vooral kleine visjes en inktvissen. De mannetjes zijn wat groter dan de vrouwtjes, 2,8 meter ten opzichte van 2,5 meter. Zoals zijn naam al verklapt heeft de witflankdolfijn witte, maar ook gele strepen op de zijkant van zijn lijf.

Communicatie

Dolfijnen communiceren met elkaar en verkennen hun omgeving via echolocatie. Vanuit hun kop zenden via sonar een hoge pieptoon uit die weerkaatst op soortgenoten, rotswanden of bijvoorbeeld een vis. Uit het weerkaatste signaal kan een dolfijn veel informatie halen, zoals bijvoorbeeld de grootte van de vis en zijn zwemrichting. In een zee met veel lawaai moeten dolfijnen een sterker signaal verzenden dan in een stille zee. Dat bemoeilijkt de communicatie.

Dolfijnen moeten naar het wateroppervlak om adem te kunnen halen. Slapen gebeurt daarom op bijzondere wijze: één helft van de hersens blijft wakker, terwijl de andere hersenhelft slaapt. Op deze manier blijft een dolfijn ook altijd alert op vijanden.